Twee jaar geleden deed ik in de lente het experiment om per seizoen mijn kleerkast te wisselen met telkens een soort capsule wardrobe op de hangers als resultaat. Dit zorgde er voor dat ik een beter zicht had op wat ik op dat moment ook echt kon dragen, dat ik vaker nieuwe combinaties uitprobeerde, dat ik na drie maanden soms weer even blij was om een trui of bloesje op te hangen als toen ik het kocht, dat ik minder kleren kocht en dat ik, als ik dan toch iets nieuws kocht, veel beter kon inschatten met wat ik het kon combineren.
Na twee jaar ben ik een beetje uitgekeken op de formule, dus paste ik mijn selectiesysteem bij de seizoenswissel deze keer een beetje aan. Ik maakte een basisgarderobe voor de herfst èn de winter. Als uitgangspunt voor de selectie vertrok ik van de pantone kleurenkaart voor deze winter. Hierin bleken nogal wat kleuren te zitten die ik sowieso al in mijn kleerkast heb liggen. Dus haalde ik de kleren er op kleur uit, eerder dan op seizoen. Ik ging weer aan de slag op mijn typische ontrafeld-manier: een bestaand geheel (mijn kledingvoorraad) uit elkaar halen, tegen het licht houden (selectie maken) en er iets nieuws van maken (nieuwe combinaties uitproberen).
Mijn hoogst persoonlijke wintergarderobe hangt op het rek, (voorlopig) zonder een cent te spenderen. Het gevolg van de pantone-leidraad is natuurlijk wel dat sommige winterkleren in de lade blijven liggen. Zoals mijn auberginekleurige fluwelen jurk bijvoorbeeld, die niet het juiste modekleur heeft dit jaar. Gelukkig blijft er genoeg over dat ik de komende maanden wel kan dragen 🙂
ONTRAFELD 